All posts by Wietse Muizelaar

Alaska avontuur – deel 11

De volgende ochtend stond weer in het teken van het opbreken van het tentenkamp; we zouden weer een forse rijdag tegemoet gaan. En niet zomaar een rijdag; maar wel een hele bijzondere: de Denali Highway. Deze weg is enkel aan het begin en aan het einde verhard, en op alle tussengelegen stukken is het een echte heuse dirtroad. Kortom, veel tijd, weinig afstand. Nadat we allemaal ontbeten hadden en de spullen ingepakt en opgeruimd, was het tijd om eens te gaan vertrekken. De Denali Highway was vroeger ook de enige weg naar het Denali National Park toe; en dat moet toen geen pretje geweest zijn! De weg die we naar het noorden toe genomen hebben (de George Parks Highway) is pas in de jaren 70 aangelegd; kun je nagaan!

Onderweg was het weer niet altijd even best; maar rijdend in de bus hadden we daar niet bijster veel last van. Alleen werd de buitenkant er niet heel veel schoner op. Meest bizarre dat we onderweg tegenkwamen was een groep fietsers! Je zou het niet verzinnen. Onderweg bij een willekeurige campground even de boel geparkeerd en de lunchtafel uitgestald; zodat iedereen lekker kon lunchen. Verderop in de middag, na weer een flink stukje gereden te hebben, waar overigens duidelijk te merken was dat de buien niet over de machtige Alaska Range heen konden komen, kwamen we bij een hondenkennel uit. De eigenaar hiervan was een bijzondere man; hij en z’n vrouw hadden al meerdere malen meegedaan aan de grote sleehondenraces die er in dat gebied zijn: niet alleen de beruchte Iditarod; maar ook de Yukon Quest. Die laatste is eigenlijk nog net iets heftiger dan de Iditarod; en heeft een afstand van maar liefst 1000 mijl, die in 10 tot 20 dagen afgelegd wordt. Vrij krankzinnig dus, want uiteraard zijn die races gewoon in hartje winter, met extreem lage temperaturen.

In totaal waren er in deze kennel ongeveer 60 honden, die allemaal, al dan niet aan de ketting, een eigen “huisje” hebben. Dat wisselt wel per dag om te voorkomen dat ze territoriumdrift krijgen, en een groot aantal ervan wordt daadwerkelijk getrained voor de sleehondenraces. Maar tegelijkertijd is het ook het lokale asiel, waar honden gebracht kunnen worden, maar vaak ook weer opgehaald worden als ze bijvoorbeeld te oud zijn om nog verder te racen. Het zag er in ieder geval allemaal goed verzorgd en vol liefde voor de honden ingeregeld uit; ook zeker door alle verhalen die verteld werden. Erg interessant om eens te zien!

Daarna zijn we verder doorgereden richting de Tangle River Inn; een motel/restaurant/bar/bandenshop/vanalles ergens in the middle of nowhere. De lokatie bestaat omdat er vrijwel continu klandizie is van een geologische ploeg vanuit de overheid; die in de buurt aan het boren, meten, etcetera zijn. En dat al vele tientallen jaren lang. Ook ligt verderop de fameuze oliepijpleiding die dwars door Alaska heenloopt; waar de onderhoudsmensen ook onderdak van nodig hebben. En je kan natuurlijk prima wandelen/kanoen/etcetera in de buurt. Vlak voordat we weer bij het asfalt uitkwamen ging echter de band van onze aanhanger kapot; die ging letterlijk in rook op. Al doorhobbelend (stilstaan in een bocht net na een blinde hoek is niet echt aanbevelenswaardig) hebben we het eindstation gehaald; en gelukkig konden we daar dus zo gewoon een nieuwe band kopen.

Hier overnachtten we weer in kamers; en niet in de tenten (luxe!); dus was het kamers verdelen, spullen plaatsen en door naar het hoofdgedeelte van het gebouw om daar lekker een hapje te gaan eten. Dat was een soort warm buffet, waar ze ook de exclusieve Copper River Red Salmon serveerden, rode zalm uit de Copper River. Dat is, volgens de overlevering, de allerlekkerste zalm ter wereld. Sindsdien ben ik dus verwend, en moet zalm wel goed z’n best doen om hier ook maar een beetje bij in de buurt te komen. Wat ontzettend lekker!

Na het eten zijn we nog wat in de lokale bar blijven plakken (“we don’t dial 911” op een bordje, met een houtsnijwerk van een pistool erbij; het hele restaurant hing vol met foto’s van allemaal Republikeinse presidentskandidaten, inclusief handtekening; de eigenaresse was een fors donateur van campagnes), waar ook een karaoke-set stond. Daar hebben we met z’n allen veel lol aan beleefd. Verbazingwekkend was ook toen de eigenaresse zelf nog een keer ging zingen. Ze zong vroeger in de Tweede Wereldoorlog voor de Amerikaanse troepen in Europa; en had dus wel het een en ander meegemaakt. En het zingen was ze, ondanks de hoge leeftijd, nog absoluut niet verleerd! Moe en tevreden gingen we uiteindelijk slapen.

De route van vandaag:

View Alaska avontuur – deel 11 in a larger map

Alaska avontuur – deel 10

De volgende ochtend was het dus erg erg vroeg uit de veren. Al viel het op zich mee, kwa opstaan, want het was gewoon alweer licht; zelfs niet eens schemerig, nee, de zon was al duidelijk op. Ik was weliswaar op tijd m’n tent in gekropen; maar toen duidelijk nog niet moe genoeg. Dan lig je dus te kijken naar allemaal rondvliegende insecten die zich tussen de buiten- en binnentent bevinden. Dan ben je blij dat die binnentent er is :)

Ik bleek niet de enige te zijn die wel wat gaar wakker werd: onze gidsen waren gisteravond nog even een drankje wezen doen in de kroeg aan de overkant, en hadden best moeite met wakker worden. Dat betekende concreet dat we het zonder onze ochtend-koffie moesten doen! Dat viel niet bij iedereen even goed. Maar goed, lunchpakket en alles mee, en op naar Denali National Park (& Preserve, hoort er officieel nog achter, maar dat sla ik vanaf nu maar over, want dat is me teveel tiepwerk). Daar waren we netjes op tijd voor het vertrek van onze bus; al kregen we nog even heel erg duidelijk uitgelegd dat als we met z’n allen in de rij moesten gaan staan wachten voor de bus naar Eielson, zo’n rij netjes langs de rand loopt, 1 voor 1 achter elkaar, en niet gewoon een zootje ongeregeld dat maar gewoon een beetje bij elkaar staat. Jay voelde zich erg schuldig over de koffie, dus kreeg iedereen nog een kop getracteerd van ‘m, dat was erg fideel!

Je mag Denali National Park alleen maar in met speciale bussen; en niet met eigen vervoer (op 2 dagen per jaar na, geloof ik). Dat is met name zo bedoeld om te voorkomen dat alle wilde dieren gaan wennen aan de aanwezigheid van mensen, en daar op anticiperen. De natuur moet zoveel mogelijk de natuur blijven. In de bussen gelden ook strenge regels: de raampjes kunnen open (het zijn een soort typisch Amerikaanse schoolbussen), maar het is ten strengste verboden om met je handen buiten het raam te komen. Dat zorgt ervoor dat de dieren de mensen gaan ruiken, en eventueel gaan associeren met eten, en dat is zowel voor de mensen als voor de dieren erg gevaarlijk. Aan de andere kant zorgen deze strenge regels er wel voor dat de dieren zich niks aantrekken van de rondrijdende bussen, en heb je dus inderdaad de kans om veel wild te zien.

Toen alle instructies gegeven waren, gingen we op weg. Ook hier mochten onze eigen gidsen niet mee, maar dat gaf hun weer de gelegenheid om andere zaken te regelen (er was de vorige dag een band lekgeraakt; dus nu moest er een nieuwe reserveband geregeld worden bijvoorbeeld; dat klusje bleek achteraf bijna een hele dag gekost te hebben). De enige weg in het park wordt al vrij vlot (tot het punt dat je met de auto niet meer verder mag) onverhard en smal. Vangrails? Neuh. Dat betekende concreet dat de chauffeur erg goed op de weg moest letten, want er kunnen natuurlijk tegenliggers komen. Ook was 1 van de regels dat als iemand iets zag, je heel hard ‘stop’ moest roepen, dan stopte de bestuurder, en kon je foto’s maken etc. En hij vertelde uiteraard ontzettend veel over waar we allemaal doorheen reden, over de beesten die we onderweg zagen en de historie van het park.

Een van de eerste dieren die opgemerkt werd was een heuse grizzly-beer. Ik zelf was degene die ‘m als eerste zag, daar was ik stiekem wel trots op. Verder hebben we nog vele caribou, nog een paar grizzly’s, een wolf, vel “dall sheep”, bald eagles enzovoorts gezien. Het was een en al pracht! Ergens was zelfs een karkas te zien van een caribou, waarvan duidelijk was dat een paar wolven dit beest te grazen hadden genomen. Binnen een dag was het hele karkas kaalgevreten, en nu was er een grizzly met het gewei er van tussen gegaan om nog de restjes er vanaf te peuzelen. En dat allemaal vanaf de weg te zien; erg indrukwekkend. De kleuren van de bergen, de valleien, de landschappen, de rivieren (we zijn ook de rivier die in Into the Wild een rol speelt overgestoken; hemelsbreed zijn we erg dicht bij de fameuze bus geweest), het is allemaal zo ontzettend prachtig. De eindbestemming was Eielsen Visitor Center; waar we wederom een goed uitzicht hadden op Denali.

Daar splitste de groep zich op in twee delen: je kon er een (korte) wandeling maken, en met een latere bus weer terug, of je kon na een half uurtje/uurtje met de bus weer terug. De meesten kozen voor de eerste variant; want de reis terug zou zeker nog weer een uur of wat duren. Als je met een latere bus zou reizen, was het niet helemaal zeker of je dan op tijd terug zou zijn voor de ophaalafspraak, en onze reservering was voor de huidige bus. Veel te veel gedoe eigenlijk om over na te denken op zo’n prachtige lokatie, dus maar gewoon voor de zekere optie gekozen, en ook op de terugweg weer heel erg veel gezien, al begon langzaam maar zeker wat bewolking te vormen.

We waren natuurlijk wat te vroeg om opgepikt te worden; maar we konden ons nog wel prima vermaken. De rest van de groep kwam eigenlijk al vrij vlot ook weer terug bij het Visitors Center aan, en konden we gezamenlijk terug naar de camping. Hier maakten we wederom een wandeling naar de bevers (even de benen strekken na een lange zit is fijn!) en zijn we naar de overkant van de weg gelopen; waar een lokale pizzeria/kroeg/bar/van alles was. Daar hebben we overheerlijke pizza’s gegeten, genoten van het versgetapte bier en een hilarische vorm van tafelvoetbal gespeeld, zonder ons wat aan te trekken van de officiele regels. Of je won of verloor, dat maakte allemaal niet uit. Erg grappig was om aan de bar een volgend rondje te bestellen, en opeens in het Nederlands te horen dat ik een prachtig accent had. Bleek er dus een Gronings meisje in d’r up rond te trekken. Best een dappere onderneming! Maar wel met prachtige verhalen.

Omdat we zo vroeg opgestaan waren viel het doek voor de meeste mensen toch al redelijk op tijd; dus rond een uur of 10 ‘s avonds zijn we teruggewandeld naar de overkant (toch even goed uitkijken bij het oversteken, want als je per ongeluk zo’n enorme vrachtwagen mist, zou dat net jammer zijn), de tent in gedoken en lekker gaan slapen.

Het kaartje van vandaag:


View Alaska avontuur – deel 10 in a larger map

Alaska avontuur – deel 9

De volgende ochtend was het alweer tijd om te vertrekken vanaf deze heerlijke afgezonderde lokatie, en het Denali View Chalet gedag te zeggen. Dat betekende dus spullen pakken; en weer met al onze spullen de tocht terug naar de auto maken. Omdat niet al het afval e.d. in 1x meekon, had Jay de vorige dag al “even” heen-en-weer gelopen om spullen te droppen en vers eten te halen. Daar draaide-ie z’n hand niet voor om, want hij deed het in een behoorlijke recordtijd. We troffen verderop in een wat opener plek nog een paar elanden aan, maar die schrokken van ons en zijn dus snel ervandoor gegaan. De mensen achteraan de groep hebben ze dus helaas niet meer kunnen zien, toch zonde!

De groep heeft gemiddeld genomen een aardige conditie (dat is wel eens minder geweest, zo werd ons verteld), en we waren dus lekker op tijd bij de auto. Daar mochten we eerst weer het stuk onverharde weg terug naar de “grote” weg. Toen hebben we koers gezet verder naar het noorden, waar we op een grote parkeerplaats (Denali View South) de lunch hebben geprepareerd. Omdat het -de- weg is naar Denali National Park toe is, tref je daar dus opeens weer een hoop meer mensen aan, en duidelijk ook mensen die het niet gewoon zijn om in tenten zo’n tocht te maken, maar alles lekker vanuit de auto doen. Moet je nagaan hoe ik daar nu over denk, terwijl ik een jaar eerder ook zo’n persoon was: alles vanuit de auto regelen, maar wel waar mogelijk zoveel mogelijk ging wandelen. Het uitzicht overigens vanaf deze lokatie was weer adembenemend; een hele dreigende groep bergen was goed zichtbaar.

Van daaruit reden we door naar het park zelf; want we waren behoorlijk op tijd. In het Visitors Center konden we een mooie film zien over het hoe en waarom van het park; erg erg mooi allemaal. Wat dan wel weer typisch is: de gidsen mogen absoluut niet gidsen binnen het park; en zelfs dus ook niet mee met het kijken van de film. Heel apart. Dat gaf ze overigens wel weer de gelegenheid om nog een boodschap te regelen en meer van zulks. Op de achtergrond is het begeleiden van zo’n reis duidelijk nog een hoop last-minute geregel, afstemmen wanneer welke activiteit uitgevoerd kan worden, etcetera. Door dit soort constructies konden ze dergelijke zaken allemaal regelen zonder er ons mee te vermoeien, netjes geregeld!

Daarna zijn we een klein stukje terug gereden naar het gehucht (veel meer is het niet) Carlo Creek. Daar was een camping (niet als zodanig bekend; ze accepteren alleen nog maar groepen die ze kennen, om geen gedonder te krijgen), voorzien van alle gemakken. Er stonden zelfs stroompaaltjes bij de diverse plaatsen. Gelukkig werkten die allemaal niet, anders was onze schok te groot geweest. Het sanitair en andere voorzieningen hier waren verder perfect geregeld; heerlijke douches, goede plekken om je tent neer te zetten (onder een groot afdakje, zelfs), dus er werden al snel waslijnen enzo gespannen om hier even goed gebruik van te maken.

Het eten was uiteraard weer als vanouds lekker en gezond; en we mochten direct na het eten alvast een lunchpakket voor de volgende ochtend klaarmaken, want de wekker zou om 5 uur ‘s ochtends alweer gaan voor de excursie Denali in, de volgende dag. Ook hebben we nog een hele korte wandeling naar de ander kant van het terein gemaakt (dat mocht absoluut niet alleen; voor je het weet zou je een beet tegen kunnen komen) om het werk van een aantal bevers te aanschouwen. Dat was best mooi. De avond brachten we verder door onder het genot van wederom een kampvuur, een wijntje erbij, en het leven was goed. We gingen gezien het feit dat we midden in de nacht moesten opstaan wel op tijd slapen.

De route van vandaag:


View Alaska avontuur – deel 9 in a larger map