Georgia on my mind en de terugreis

Ha,

Inmiddels alweer lekker thuis, maar ik moet natuurlijk nog wel even het vakantieverhaal afmaken! Bij deze dus. Vrijdagavond ben ik dus aangekomen bij Dixiechick en haar husband-dear (lees vooral ook het boeiende blog). Zaterdag ben ik eerst meegeweest met het trainen van Zoe midden in de Petsmart. Echt een heel grappige ervaring; je loopt dan gewoon met hond-en-al dwars door een dierenwinkel heen. En een best stevige dierenwinkel ook! Het grappige aan zo’n puppy-training is dat het natuurlijk niet de honden zijn die daar getrained worden, maar eigenlijk worden de baasjes getrained. En dan wel dusdanig dat die vervolgens thuis alle oefeningen gaan herhalen. Een ding is zeker: een hond wordt er ontzettend moe van, maar krijgt daarvoor in ruil wel een enorme hoeveelheid snoepjes. En ik vond dat Zoe het ondanks haar reputatie nog helemaal niet zo slecht deed.

‘s Middags was het tijd om naar Macon te gaan; daar was aan de ‘Riverside Rd’ een winkelcentrum dat zowaar bijna Europees aandoet: winkels met de deuren in de gewone open buitenlucht. En er kwam zelfs muziek uit speakers! Voor mij vrij normaal om door zo’n winkelcentrum heen te lopen, maar voor sommigen een verademing! Uiteindelijk bij een hele grote Barnes ‘n Nobles een boek gekocht dat ‘1000 records you must hear before you die’ heet, een titel die veelbelovend was, en de inhoud is dat ook zeker. Er staan erg veel interessante dingen in, en dat is typisch een boek waar je een hele tijd zoet mee bent, en op heel veel manieren doorheen kunt ‘browsen’, via alfabetisch tot op genre. Leuk. Verder viel me ook op hoe ontzettend goedkoop kleding eigenlijk is in de US, of eigenlijk beter: hoe duur het hier is. Een paar Levi’s jeans kost daar ongeveer 25-30 dollar; in plaats van de minimaal 80 euro die je er hier voor betaalt, om maar een voorbeeld te noemen. Midden in een groot warenhuis bleek ook opeens een gospel-koor haar kunsten te vertonen, erg mooi! Een piano was het centrum van het koor, en voor de rest was alles a capella. Typisch iets dat je hier duidelijk niet in de V&D (het was iets vergelijkbaars) aan zult treffen :-)

Zondag heb ik een grote rustdag van gemaakt; en dit blog bijgewerkt, en zovoorts. Daar valt verder niet zoveel over te melden. Maandag is echter wel weer boeiend: toen ben ik meegeweest richting Albany; waarbij ik als taxichauffeur gespeeld heb voor Dixiechick; die op die manier opeens een heel rustige ochtendrit had. In Albany ben ik eerst even meegeweest naar de University; om vervolgens de stad te gaan bekijken. Dat had ik vorig jaar niet gedaan, en waren toch wel een paar potentieel boeiende dingen te zien; zoals het Flint RiverQuarium; een aquarium waar je op een enorm scherm mooie natuurfilms kon kijken, en uiteraard allemaal uitleg over het lokale stroomgebied van die rivier; die samen met 2 anderen uiteindelijk in de Golf van Mexico uitmond. Dat levert allemaal mooie moerasgebieden op. Verder ook veel informatie over hoe er omgegaan wordt met drinkwatervoorzieningen hieruit (daar moet je mee uitkijken, anders wordt het te droog), kortom, best interessant. Er was nog een museum/heritage met allemaal dingen over zuidwest Georgia, maar toen ik daar aankwam bleek dat overduidelijk gesloten. Toen ben ik in het parkje langs de rivier (Riverpark) gaan zitten, stuk langs de rivier gelopen, en verder heerlijk van het weer genoten. In dat park staat ook een enorm standbeeld (incluis vleugel) van Ray Charles, die uit Albany komt. Zijn opname van ‘Georgia on my mind’ is ook verkozen tot ‘state song’. Eenmaal terug heb ik de gastheer- en vrouw mee uiteten genomen bij een lokaal Italiaans restaurant, waar ze -erg- lekkere dingen hadden. Zo kreeg je sowieso al gratis (!) een enorme bak met salade en een speciaal soort brood; en was het eten verder ook bijzonder smakelijk. Al met al een goede keuze.

Dinsdag was het vervolgens zaak om mijn spullen bij elkaar te zoeken, nog even te kijken of de stoel naast mij nog steeds leeg was (jazeker!) en langzaam maar zeker naar Atlanta te rijden. Ik had nog plannen om via de Georgia Music Hall Of Fame in Macon te rijden; maar helaas. Daar was ik te lui voor :) Het inleveren van de auto ging supersnel; ik kon ‘m meteen op naar binnenrijden, dan staat er al iemand aan je deur te sjorren om de afstandsmeter op te nemen, en krijg je nog even de vraag of je ‘m vol of leeg ingeleverd hebt (leeg; nouja, bijna. Om Atlanta te kunnen halen heb ik er voor de zekerheid nog wat ingegooid; tegen de inmiddels al weer vrij lage 3.07-dollar/gallon-prijs. Omgerekend dus ongeveer 60 cent per liter. En dan die je hier prijzen die er uitzien als 1,34 euro/liter. Intrigerend verschil :-) In totaal heb ik 2941 mijl afgelegd; omgerekend dus 4733 kilometer. Best ver, als je dat zo uitrekent.

Toen ik mijn spullen uitgeladen had, het bonnetje gekregen heb doorgelopen naar de shuttle-bus; die ging vrijwel meteen weg, en dan wordt je rechtstreeks voor de Delta-terminal afgezet (de bus reed ook nog wel door naar andere maatschappijen, maar Delta neemt nu eenmaal de helft van het vliegveld in beslag; het is de grootste hub van Delta aldaar, en dat is goed te merken). Daar stonden buiten al kiosks om in te checken mocht je dit nog niet gedaan hebben. Ik kon mijn tas echter alleen binnen afgeven, dus naar binnengelopen, en omdat ik al online ingecheckt was ging dat bijzonder snel. Tas afgeven, boarding-pass + paspoort laten zien, en klaar. Door de security-check heengaan was ook een eitje; dat ging supersnel. Vervolgens heb je een volledig automatisch opererend metro-systeem om je naar de diverse ‘concourses’ te brengen, je hebt ze als T, A, B, C, D en E voor de internationale vluchten. Je kan er ook lopend komen, maar dan ben je zeker 1500meter aan het lopen, dus is er een metro aangelegd. Daar heb ik vervolgens de rest van mijn tijd doorgebracht met wachten op de vlucht. Bij de gate werd voor het instappen nog wel even mijn naam omgeroepen, dat ik me nog even moest melden. Maar dat was om mijn paspoort-gegevens nog een keer te dubbelchecken; aangezien ik deze online had ingevuld. Prima. Toen was het instappen, en bleek het sowieso al een minder volle vlucht te zijn. Dus mijn hoop op een lege stoel naast me kwam helemaal uit; die ruimte had ik. Dit keer gelukkig wel een personal-video-schermpje; het vliegtuigtype was dan ook net 1 tikje anders: een Boeing 767-400ER ipv een 300ER. De indeling is dan ook net iets anders, en je krijgt er dus dit als voordeel bij. Heerlijk. We vertrokken wat te laat, omdat er teveel kerosine aan boord genomen was, en dat leverde wat papierwerk op om dat te corrigeren. Of dat de piloot nou bedoelde dat-ie dat moest doen omdat er weer wat uitgehaald was, of omdat het totaalgewicht daardoor wat omhoog ging, dat weet ik niet precies.

We zijn redelijk westelijk gevlogen; de vliegroute liep ongeveer midden tussen Toronto en New York; om vervolgens een groot deel van het stuk boven Canada flink veel turbulentie te krijgen, zodanig zelfs dat de piloot opriep aan de stewards/stewardessen om de ‘service te discontinuen’, en zelf ook in de riemen te gaan zitten. Niet zo heel prettig; maar eenmaal boven de Atlantische Oceaan viel het gelukkig weer mee. Dit keer niet boven de 37.000ft uitgekomen, en ook weinig verschil in hoogte meegemaakt. Dat was op de heenweg wel anders, toen hebben we de 40.000ft gehaald. Ook bleek dat de helft van de tijd van de vlucht je bezig bent om uberhaupt de oceaan te bereiken; de andere helft ben je aan het oversteken. Het werd al vrij snel na het opstijgen (om 17.48 uur Atlanta-tijd) donker; om pas tegen het landen aan weer licht te worden. Aan het raampje had je dus niet zoveel :)

Grote delen van de vlucht zaten we ook midden in een wolkendek, te zien aan een wat grijzige mist. Boven Engeland werd de daling al ingezet, om op Schiphol te kunnen landen. Boven de Noordzee leverde dat weer turbulentie op; maar ik heb het daar nog nooit anders meegemaakt, dus wellicht is dat typisch voor dat gebied. We hoefden niet rond te cirkelen, maar konden meteen door. Dat wil zeggen: je maakt een bocht over Alkmaar, om zo vrij snel recht aan te vliegen voor de polderbaan. Om 7.55 uur stond ik aan de grond; en voordat je dan bij de gate bent, ben je dus een kwartier verder. Wel heel grappig om te zien hoe het boven de (3) wolkenlagen al licht was, maar dat het op de grond hier nog behoorlijk schemerde. Je kon heel mooi de lichten van de steden zien, de vlekken van licht die koplampen van auto’s achterlaten, enzovoorts. En toen was het op Schiphol weer heel snel door de douane heen, even op mijn bagage wachten, en klaar! Toen ben ik met mijn escorte nog even naar de Starbucks op Schiphol geweest, om het af te leren, en toen lekker met de trein naar huis.

Al met al een erg fijne vakantie gehad! Er komt nog een post aan met linkjes naar foto’s, kaarten op google-maps, enzovoorts. Maar dat kost even wat tijd om te maken, dus nog even geduld aub.

Mochten er nog vragen zijn, schroom niet ze te stellen :-)

Vraag? Antwoord!

Ik heb natuurlijk best wel een aantal vragen gehad, en ik ga proberen die nu in deze post te beantwoorden.

Als een van de eerste dingen natuurlijk de huidige economische crisis, en hoe die hier beleefd wordt. Dat vind ik heel lastig in te schatten. Ik denk dat mensen zich er wel degelijk zorgen over maken, maar hoeveel precies.. ik ben natuurlijk geen journalist die iedereen onderweg even z’n mening uitvraagt :) Wat ik wel zie is dat op de diverse zenders (zowel gewoon als nieuws, zowel links als rechts) er -veel- aandacht aan besteden. Met ook heel concrete vragen wat al deze dingen nu betekenen voor average John Doe, maar ook met allerlei theorieen en mogelijke oplossingen. Verder valt ook op dat er relatief weinig aandacht is voor de buitenlandse stand van zaken (al heb ik wel 1x het Fortis-logo in beeld gezien, dat wel); maar dat is met alles eigenlijk wel, dus wat dat betreft geen uitzondering.

Grote component in het geheel is natuurlijk ook hoe Barack Obama en John McMain aankijken tegen de hele crisis, en wat hun visie is over de oplossingen die geboden kunnen en moeten worden. Niet in het minst natuurlijk omdat er tijdens mijn aanwezigheid alleen al 2 debatten geweest zijn, en ook nog een debat tussen Joe Biden en Sarah Palin. Die zijn allemaal stuk voor stuk grotendeels over de economische crisis gegaan, en het helpt de kandidaten ook duidelijk om zich te profileren. Dat deze verkiezingen hier inmiddels wel behoorlijk leven lijkt me ook wel duidelijk; er staan onderweg natuurlijk bijzonder veel bordjes in de tuinen, ik heb al een hoop bumperstickers gezien, en meer van zulks. Het zal jullie niet verbazen dat de regio waarin ik heb rondgereisd heb een duidelijke voorkeur voor McCain/Palin laat zien, ook.

Dan de vraag over hoe de mensen zijn; arm/rijk/dik/dun/etcetera: Dat is ook een lastige. Gemiddeld genomen kun je zeker wel stellen dat de gemiddelde lengte kleiner is, en de gemiddelde dikte groter is dan in Nederland. Maar heel extreem vind ik het eigenlijk allemaal niet zo, in Nederland heb je ook hele dikke mensen. Zeker als je door de steden loopt zie je ook heel erg veel slanke mensen, is het in feite vergelijkbaar met wat je in Nederland hebt. Aan de andere kant is het beeld natuurlijk sowieso vertekend, want mensen die bij wijze van spreken alleen maar in hun auto zitten, en daarmee zelfs hun brievenbus legen, die zie ik niet, en die zullen niet de slankste van de wereld zijn. Het valt op dat er heel veel huizen te koop staan (maar dat hangt dus sterk samen met die economische crisis), en dat betekent impliciet natuurlijk dat er best veel mensen zijn die het moeilijk hebben, maar daar zie je in de dagelijkse praktijk natuurlijk niet zo erg veel van. Mooi voorbeeld was ook een reportage op het localnews in New Orleans; daar was een belangrijke football-wedstrijd in de superdome geweest, en vroegen ze aan de mensen daar of ze nu konden merken dat er minder omzet gedraaid was aan drank- en voedselverkoop dan normaal. Maar daar was helemaal niets van te merken.

In het algemeen zijn de mensen die ik tref altijd erg aardig; voor meer ervaringen hierover verwijs ik altijd graag naar het blog van DixieChick; die kan daar erg leuk over vertellen.

Dan de muziekvraag, hoeveel CD’s ik gekocht heb. Nou, erg weinig: 1 stuks. Waarom? Simpelweg omdat er geen muziekwinkels (meer) te vinden zijn. Ik heb er in New Orleans 1 echte gevonden, en wat specifieke Country- en Blues-dingen in Nashville en Memphis, maar een ‘algemene CD-winkel’, met een brede collectie dus alleen eentje in New Orleans. Maar wellicht is het wel interessant om te vertellen welke CD’s ik allemaal meegenomen heb om in de auto naar te luisteren. In alfabetische volgorde:

Apse – Spirit
Isobel Campbell & Mark Lanegan – Sunday at Devil Dirt
Johnny Cash – American Recordings
Johnny Cash – At Folsom Prison
Johnny Cash – Unchained (American II; deze heb ik hier gekocht; want was mijn ontbrekene item in de American Recordings van hem)
Cat Power – Jukebox (2CD)
Cindytalk – Camouflage Heart
CocoRosie – Noah’s Ark
The Cure – Staring at the Sea – The Singles
Elbow – The Seldom Seen Kid
Matt Elliott – Drinking Songs & Failing Songs (2CD)
Feist – The Reminder
Low – Drums and Guns
Madrugada – Madrugada
Aimee Mann – The Forgotten Arm
Robert Plant & Alison Kraus – Raising Sand
Portishead – Third
Radiohead – In Rainbows (2CD)
Sigur Ros – Með suð í eyrum við spilum endalaust
Judee Sill – Abracadabra (2CD)
Bruce Springsteen – Magic
White Rose Transmission – Not yet released (Carlo, dank! Ik vind deze -erg- mooi)

Vragen over linedancing beantwoord ik verder niet meer ;-)

Mocht ik vragen over het hoofd gezien hebben, wijs me er vooral op.

Gulf coast

Woensdag ben ik uit New Orleans vertrokken om weer af te reizen richting het oosten; ik werd immers vrijdag midden in Georgia verwacht. Dat heb ik dan dus ook weer in etappes gedaan. Als eerste werd ik op de landkaart erg getriggered door het grote groene stuk onder New Orleans, waar de Mississippi in feite nog een heel stuk doorloopt in de Golf van Mexico; door zijn eigen historische grondafzettingen heen. Aan het uiteinde splitst de boel op in 3 takken, en daar liep een weg heen. Dus ik dacht: daar moesten we maar eens proberen heen te rijden. De tank volgegooid (ik heb hier prijzen gezien van 2.99 / gallon; het goedkoopste dat ik tegen ben gekomen, al was dit wel bij een tankstation waar je niet vrijwillig zou tanken, althans, ik niet :)), en daar ging ik. De weg was zeker in het begin erg, erg slecht, zodat je alle kanten opstuitert, en de maximum snelheid (55 – 60 – 65 op de verschillende stukken) niet veilig kunt halen. En erger nog: er was eigenlijk helemaal niets boeiends te zien. Een vrij leeg gebied, met af en toe een dorpje met wat trailers, een halve school, en dat was het wel. Ook hier overigens nog steeds orkaan-schade (maar welke, dat is dan een beetje de vraag). Bijvoorbeeld een plek die ooit een tankstation geweest is. Nu staat het ‘dak’ ervan er nog, maar hangt het helemaal scheef. Een volgende windstoot zal het ding er zo vanaf plukken en lanceren, gok ik zo. Toen ik iets dat ‘Fort Jackson’ heette voorbij was, en ik al een tot anderhalf uur aan het rijden was, dacht ik dan ook: er gebeurt hier niets, is niets, en zal ook niets te zien zijn, dus hoeveel zin heeft het om door te rijden: nul. Dus maar weer omgekeerd.

Vervolgens teruggereden, om via de US90 een heel stuk langs de kust te rijden. Die zou ik onderweg in New Orleans zelf tegenkomen, en dan kunnen volgen. Ik was de brug over de Mississippi nog niet over, en kwam ‘m tegen. Om vervolgens een uur lang door allerlei straten van New Orleans te dwalen, de weg kwijtgeraakt. (De bordjes die aangeven welke kant zo’n route opgaat zijn doorgaans pas op de kruising zelf, en als je dan linksafmoet, moet je trucs uithalen om dat te halen bij meerdere rijstroken enzo). Om ‘m terug te vinden, maar bij dezelfde oprit uit te komen als waar ik eerder al was…het was dus een mooi rondje. Toen doorgereden op de I-10, en daar was verderop wederom een afslag naar diezelfde US90; en toen ik die nam, ging het allemaal een stuk beter. Een heel mooi gebied; tussen 2 meren in, met veel swamps, weinig verkeer, enzo. Uiteindelijk ben ik in Moss Point (MS) uitgekomen, alwaar ik overnacht heb.

De volgende dag ben ik van daaruit zo dicht mogelijk langs de kust door Alabama heengereden naar Florida toe; en daar begonnen de stranden echt spierwit te worden, met veel palmbomen, mooi zeegroen water, je kent het beeld wel (of niet, maar dan moet je wachten op m’n foto’s). Bij Panama City Beach ben ik even de auto uitgestapt (eerder waren echt heel veel stranden allemaal private beaches, of was er nou niet echt een handige parkeermogelijkheid bij de strandopgangen) om even de zeelucht op de snuiven. Die was er niet echt, maar er was wel fatsoenlijke branding, en het water was warm! Nouja, relatief warm dan. Dat was wel een interessante gewaarwording. En het is duidelijk geen hoogseizoen meer daar; want de hoeveelheid mensen die ik tegen ben gekomen op het strand is niet bijster groot. Wat prima is, want dan kun je er tenminste fatsoenlijk een stukje langslopen.

Daarna ben ik verder langs de kust blijven rijden, langs oa. Tyndall AFB en Mexico Beach om op een gegeven moment via Port St Joe de punt te ronden en terug omhoog te gaan, en uiteindelijk uit te komen in Tallahassee, Fl. Dat was althans mijn planning, en die heb ik ook wel gehaald, maar het duurde allemaal wat langer dan ik had gehoopt. Ik was natuurlijk de tijdszonegrens weer gepasseerd (wederom zonder ook maar enige aankondiging hiervan), en dus was het meteen een uur later. En de route was duidelijk langer dan ik gedacht had, dus ik heb het laatste stuk in het donker moeten rijden. Dat is jammer, omdat je dan zo weinig ziet, maar aan de andere kant had het ook zeker wel wat. Dat hele laatste stuk van de route (ook voordat het donker werd) was behoorlijk verlaten, en ik was ook tijdenlang de enige op de weg. Een best desolate omgeving, eigenlijk, maar zo mooi! In mijn achteruitkijkspiegel de zon in de zee zien zakken; dat was erg erg mooi. Uiteindelijk was ik rond 20.45 uur in Tallahassee bij een motel aangekomen, heb snel nog wat gesnackt, en toen was het al hard bedtijd.

De volgende dag heb ik via allemaal mooie binnenroutes de weg vanuit Tallahassee naar het huis van DixieChick weten te vinden; maar wat zeer opvallend was: totaal nog geen herfstkleuren onderweg. Wel ontzettend veel bossen, en vrij weinig landbouw. En waar dat dan was, was het 90% katoen. En met van die typische grote ‘boog’-achtige apparaten op het land, maar waar ze nou precies voor dienen, dat zou ik eigenlijk niet weten. Iemand die daar het antwoord op weet?