Yellowstone

Ha,

Na veel mooie dingen in Glacier National Park gezien te hebben, was het tijd om door te rijden richting Yellowstone. Van te voren had ik al bedacht dat in 1 dag ernaartoe rijden wellicht wat veel van het goede is, en dan zou ik sowieso de Beartooth Highway moeten skippen, omdat die niet helemaal op de route lag. Kortom, de reis werd in tweeen geknipt. Waar precies, dat zou ik dan maandag wel zien, afhankelijk van hoeveel zin ik had om te rijden, en hoe snel de reis zou gaan. Ik had wel mijn motel van dinsdag tot en met vrijdag in Gardiner (Montana), tegen de grens van het park aan, al gereserveerd online, want dat leek toch wel heel handig, kijkende naar de beschikbaarheid. Het kost wel een klein vermogen (144 dollar per nacht!), zoveel heb ik nog nooit voor een overnachting betaald hier, maar goed, dat moet dan maar. Anders moet je steeds meer dan een uur heen-en-weer rijden om het park in te komen enzo, dat leek me niet zo handig. Maar goed, de rit maandag ging helemaal prima, omgerekend naar kilometers kom ik tot het best hoge getal van 729. En dat met lunchpauze (met open wifi), en andere rustmomenten onderweg. Rond een uurtje of half acht ‘s avonds checkte ik in Billings, Montana in een motel. Daarna snel in de buurt wat te eten opgezocht (Applebees was het dit keer). Maar de lokatie was wel erg handig om dinsdag nog zoveel mogelijk van Yellowstone mee te pikken.

Dinsdag op tijd aan het rijden geslagen, en toen via de Beartooth Highway naar Yellowstone toegereden. Die rit was al bizar. Het hoogste punt ligt op 3337 meter hoogte, en dat is -best- hoog. Je zit daar dan eindelijk boven de boomgrens, die behoorlijk hoog blijft, kijkend naar de ervaring van vandaag in ieder geval ergens tussen de 2800 en 3000 meter. Dat is in de Alpen bijvoorbeeld toch anders! Overal langs de weg palen om de route aan te geven voor als het vol met sneeuw ligt. Nu zelfs lagen er nog losse plukjes. Het hoogste punt zelf heb ik simpelweg gemist (domweg langsgereden), later bij een zoektocht op Google Maps bleek ik het bord wel gezien te hebben, maar daar stond ‘West Summit’, zonder getal. En niet ‘Beartooth Pass’ of iets anders dat je zou verwachten. Toen was het weer een flink eind afdalen (langleve mijn autootje, waar een optie in zit om ‘tiptronic’ te schakelen, wat betekent dat je naast standaard-automaat-functionaliteit ook een stand kan kiezen waarin je elke van de 6 versnellingen die je maar wilt kan kiezen. Dat is erg handig in bergen/heuvels als je naar beneden gaat, en niet je rempedaal door de vloer wil trappen :), en dan kom je uiteindelijk het park in. Maar voordat je dan een stukje menselijke bebouwing verder tegenkomt, ben je al een heel eind verder! Uiteindelijk ben ik de hele noordkant langsgereden, naar het dorpje dat Mammoth Hot Springs heet. Daar begon het meteen al heel boeiend, want overal door het dorp liepen allemaal ‘elk’ (wapiti) rond. En die zijn zo wild als maar kan, en nu in het seizoen dat de mannen achter de vrouwtjes aangaan, dus kunnen aardig agressief zijn. Dat betekende dus omrijden, omlopen, etcetera. Wel heel apart. Ik viel meteen met mijn neus in een ranger-talk-boter, over de hele historie van het dorpje, het park, hoe het ooit door het leger beheerd is, en later overgegaan is naar de National Park Service. Daarna nog een hele tijd bij de bronnen aldaar gekeken, en rondgelopen. Echt heel bijzonder om gewoon kokend water uit de grond op te zien borrelen, en te zien wat het allemaal doet met afzettingen, etcetera. Dat is op internet allemaal veel beter beschreven dan dat ik kan doen, maar het is krankzinnig om te zien. Heel onwerkelijk. In het dorpje wat gegeten, en toen naar het motel gegaan om in te checken.

De volgende dag vroeg op, ontbeten in het motel (dat zit er hier gratis bij, maar stel je er vooral niet te veel van voor), en toen aan het rijden gegaan om om 10 uur bij het Norris Geyser Basin te zijn, want daar zou een anderhalf uur durende ranger-begeleide wandeling zijn, waarin je veel tekst en uitleg krijgt over het hoe en waarom van die fantastische dingen. Dat redde ik precies, dus strak getimed, haha. Vervolgens rondgewandeld door een raar soort combinatie van aards landschap en buitenaards landschap. En veel zwavelgeuren, en borrelende grond, warme grond, etcetera. Ontzettend indrukwekkend, en met geen pen te beschrijven. In de foto’s heb ik er een hoop neergezet, ik hoop dat dat een beetje een beeld geeft. Het water heeft de meest fantastische kleuren, en de zuurgraad van de diverse bronnen wisselt enorm, zo heb ik er vandaag een gezien die een ph-waarde van 1 (!) heeft. Dat is -nogal- zuur, en dat water wil je dus vooral niet aanrakan, want je huid brandt weg waar je bijstaat. Het meest bijzonder nog is dat er dus wel gewoon allerlei organismes leven in dit soort bronnen. Door allerlei instituten, tot en met NASA aan toe, wordt dan ook onderzoek gedaan naar deze bizarre levensvormen. Er zitten ook ‘dingen’ tussen die erg lijken op wat vermoed wordt als het ontstaan van leven op aarde, onder bizarre omstandigheden. Nou, bizar is een ding dat zeker is! Na hier vol verwondering rondgewandeld te hebben ben ik doorgereden naar Old Faithful, de beroemdste geiser van Yellowstone. Onderweg waren ze wel nog met de weg bezig, dus flink wachten, maar dat hoort er allemaal bij. Het zou overigens een regenachtige dag worden, maar tot dan toe nog weinig van gemerkt. Old Faithful was gelukkig zo betrouwbaar als dat-ie zou moeten zijn, dus samen met vele, vele anderen een mooie uitbarsting meegemaakt. Dat is echt heel erg indrukwekkend om te zien. Vervolgens daar het hele geisterterrein afgelopen, en nog een paar spontane uitbarstingen van andere geisers mee mogen maken ook. Het betrok op een gegeven moment wel behoorlijk, maar meer dan een paar druppels zijn er gelukkig niet gevallen! Terug bij het startpunt stond Old Faithful wederom op barsten, dus daar nog maar even braaf op gewacht, en vervolgens een hapje gaan eten. Ik zat echter wel aan de zuidelijke kant van het park, en moest helemaal terug naar het noorden, dus dat was nog een behoorlijke rit voor de boeg, en dat in het donker. Dat was een bijzondere uitdaging, waarbij ik blij was dat er een paar mensen voor me uit reden (ook al gingen ze soms wat sneller dan mocht, ik ben ze toch maar blijven volgen), omdat je dan een richtpunt hebt. De weg zelf is namelijk niet al te best zichtbaar in het donker (geen hectometerpaaltjes ofzo, enkel de strepen op de weg zelf, in niet altijd even fantastische kwaliteit), en het is altijd fijn om iemand voor je te hebben die mogelijk fauna opmerkt, en dat je niet zelf opeens een bizon voor je kiezen hebt. Uiteindelijk een paar keer onderweg moeten stoppen, voor zowel bizons als wapiti, die gewoon midden op de weg stonden te staan. Verder zonder kleerscheuren weer bij het motel aangekomen, maar het was wel vermoeiend!

Vanochtend iets later opgestaan (ik had slecht geslapen, soms heeft een mens dat), en rond tien uur het park weer binnengereden. Het weer was weer erg mooi, ondanks dat er voor vandaag zelfs 70% regenkans op de voorspelling stond. Uiteindelijk wel een het een en ander aan regen voor m’n kiezen gekregen, maar met name aan het einde van de dag. Ik ben toen aan de oostkant naar beneden afgezakt in het park, en onderweg flink vaak gestopt om dingen te bekijken, zoals de Tower Falls, uitzichten, bizons, etcetera. Uiteindelijk bij de Grand Canyon of the Yellowstone uitgekomen, en daar helemaal stil geworden van de pracht aldaar. Er zijn daar 2 watervallen, meerdere thermische bronnen, en ontzettend veel kleuren. Heel erg bijzonder. Ik ben ook nog afgedaald naar de ‘top’ van 1 van de watervallen daar, dat was een makkelijke afdaling, maar de klim terug naar boven was behoorlijk stevig, 300meter omhoog met behoorlijk steile paden, haarspeldbochten, etcetera. Maar het was de moeite meer dan waard! Van daaruit nog doorgereden richting zuiden; waar ik ook nog bij de ‘Mud Vulcano’ geweest bent, een grote modderbende, maar ook de zuurste poel van het hele park. En het grappige is, je raakt eraan gewend dat je bizons tegenkomt, dat er zomaar stoom omhoogdwarrelt langs de kant van de weg, en meer van dat soort rariteiten die je eigenlijk niet verwacht. Toen nog doorgereden naar het grote meer hier in het park, maar daar was niet zo bijster veel te zien. Dat komt ook omdat het inmiddels regende, en je dus gewoon niet zoveel zag. Toen bij daglicht teruggereden naar Mammoth Hot Springs, daar wat gegeten, en het laatste stukje wel in het donker gedaan. Daar reed er nog een idioot achter me, die continu z’n grote licht aan had, dus of je nou je spiegel op de dimstand had of niet, dat maakte weinig meer uit. Nuja, gewoon goed voorzichtig geweest, en toen kwam alles goed.

Alle gemaakte foto’s staan inmiddels online, maar voor de filmpjes moet ik nog uitzoeken hoe ik dat het beste kan doen, ik denk gewoon youtube. Maar dat kost dus nog wat meer tijd.

Wat linkjes:
De foto’s
Yellowstone National Park
Wikipedia over Yellowstone