Alaska avontuur – deel 6

Na een goede nacht slapen stonden we de volgende ochtend al op tijd weer op. Na het ontbijt (dat we veelal met zaken als vruchtenyoghurt en muesli-achtige zaken regelden, en veel fruit) was het weer tijd om een lunchpakket samen te gaan stellen, want vandaag zouden we er weer op uit trekken. Al redelijk op tijd kwam de watertaxi weer aanleggen; met een enorme hoeveelheid kajaks aan boord. Die moesten allemaal worden gelost; samen met een paar gidsen/instructeurs. We zouden namelijk gaan kajakken deze dag! Hier had ik van te voren stiekem een beetje tegenop gezien, kijkende naar mijn kano-ervaringen uit het verleden (ik weet dat er nu een paar mensen zitten te gniffelen terwijl ze dit lezen; maar je moet denken aan dat het dus prima mogelijk is om met je kano op de kant van een rivier gezet te worden als er een boot met grote boeg- en hekgolf voorbijvaart). Maar goed, dit was toch duidelijk een ander verhaal: dit waren zeekajaks. Dat betekent dat ze in principe dicht zijn, en zelfs een klein roer hebben. Het is ook verstandig om een zogenaamd ‘sprayskirt’ te dragen, die je dan om je midden heendoet, en die aan de boot vastgemaakt kan worden. Er zit een ‘handvat’ aan de voorkant ervan, zodat je jezelf snel los kunt trekken voor het geval je omslaat. Dat kan, al is de kans erop bijzonder klein. De kajaks zelf zijn volledig van een hard plastic, en blijven erg goed drijven.

Eerst kregen we uitgebreid instructies over al deze zaken, en ook hoe het roer precies werkte. Degene die achterin de boot zat (we hadden 2-persoons-kajaks) had bij z’n voeten 2 ‘pedalen’ zitten, en daarmee kon je het roer bedienen, dat met touwen dan verder gestuurd werd. Dat was bij mij (vanwege m’n gewicht mocht ik achterin) nog wel een uitdaging, omdat mijn beenlengte daar eigenlijk -net- iets te groot voor was. Maar goed, met wat proppen en alles zat ik. Inschepen ging overigens gewoon op de kant zelf, je hoefde geen acrobatische toeren uit te halen op een al drijvende kano. En dat scheelde heel erg veel! Toen iedereen eenmaal zat, peddels had, werden de eerste boten het water ingeduwd. Daar blijf je dan drijven, en krijg je meteen te maken met de kleine golfjes die de zee natuurlijk altijd wel heeft. Al snel blijkt dat dat allemaal wel meevalt; en zeker als je met de punt in de wind gaat liggen is er niets aan de hand. Toen alle boten eenmaal in het water waren, gingen de gidsen zelf ook het water in met hun bootjes.

Langs de beschutting van de baai peddelden we vervolgens rustig een tijdje voort, en dat is echt werkelijk prachtig. Je ziet de meest bijzondere dieren (tot en met zeesterren aan toe) in en om het water heen, en omdat je geen motor of iets anders hebt, is het echt heerlijk rustig en sereen stil. Wat was dat ultiem ontspannen! Van alle eerdere peddel-angsten was weinig meer over, dit was puur genieten. We gingen uiteindelijk richting de zogenaamde Humpy Cove, waar aan het einde een strandje was. Daar meerden we aan; en konden we een kleine wandeling maken naar een prachtige waterval die daar naar beneden kletterde. Het was wel even uitkijken, want ik had m’n normale schoenen aan; en die hebben beduidend minder grip dan m’n wandelschoenen, en de stenen waar we overheen moesten waren behoorlijk nat.

Daarna gingen we door naar een ander kiezelstrandje aan de overkant van de baai, meerden daar aan, en gingen met een prachtig uitzicht lekker in de warme zon zitten lunchen. In de tussentijd kwam daar de watertaxi weer aangevaren, om een hele stapel kajaks en een klas met scouting-achtige kinderen (en begeleiding) af te zetten. Die gingen die middag duidelijk ook het water op. Dat was wel grappig om te zien hoe er dappere poging door de leiding gedaan werden om alle kids in het gareel te houden. Het duurde derhalve best lang voordat ze allemaal weer up & running waren. Omdat wij inmiddels al heel ‘ervaren’ waren in het instappen; werd er even overlegd onderling wie er als eerste ploeg weer zou gaan vertrekken, en dat werden wij dus. Al snel lagen we allemaal weer in het water. We zouden nog een rondje om een klein eilandje maken, en van daaruit weer terug naar de Kayakers Cove. De wind begon inmiddels ook langzaam maar zeker wat op te spelen; dus de golven begonnen nu daadwerkelijk aanwezig te worden. Langzaam werden ze steeds hoger en hoger, maar omdat we inmiddels wisten hoe we daar mee om moesten gaan, kwam dat vanzelf weer goed. Op een gegeven moment gleden de pedalen van het roer toch onder m’n voeten vandaan (oeps); en kreeg ik ze niet zomaar weer goed. Gelukkig betekent dat niet dat je compleet stuurloos bent, maar in combinatie met de wind en de golven was het niet helemaal handig. Als we dan een keer wat afdreven, kon je door wat gericht peddelen je koers weer op orde krijgen. Alleen je snelheid is er dan even volledig uit, dus het was wel hard werken. En als er dan zo’n golf van een meter hoog voorbij komt, wordt je toch wel een beetje nat. Maar we hadden lol, dus ik vond het allemaal niet zo erg.

Uiteindelijk kwamen we moe maar voldaan weer terug bij de Kayakers Cove. Daar werden alle kajaks weer bij elkaar gelegd, en kwam na een half uurtje ofzo de watertaxi weer om alles weer op te halen. Intussen hoorden we via de radio die ze allemaal bij zich hadden dat de groep die we eerder gezien hadden daadwerkelijk iemand in z’n midden had die omgeslagen was. Het was nummer 3 in het hele jaar tot nu toe; zo vertelden ze. Het was overigens 1 van de begeleiders, en niet een boot met de kinderen erin, wat ons verder wel geruststelde. Er waren ook meteen al warmhoud-folie-spullen en alles geregeld, zo konden we horen.

De rest van de middag en avond bestond uit heerlijk voor ons uitstaren over de baai heen, een boek lezen, een drankje drinken, etcetera. Heerlijk ultiem ontspannen. Deze dag had ik mijn camera niet meegenomen de boot in (de kans dat-ie erg nat zou worden was natuurlijk best aanwezig); dus niet al te veel foto’s deze ronde.

Uiteraard wel nog een klein kaartje:


View Alaska avontuur – deel 6 in a larger map

Alaska avontuur – deel 5

De volgende ochtend zouden we nog een mooie wandeling gaan maken naar Lost Lake; en daarvoor moesten we vroeg opstaan. Echter, het weer gooide roet in het eten. Het was de hele nacht blijven regenen, en ‘s ochtends vroeg had Jan het weerbericht gecontroleerd; en dat gaf voorlopig nog wel meer regen aan, maar later op de ochtend opklaringen. Toen is besloten om niet de wandeling naar Lost Lake te gaan, maar eerst nog wat uit te slapen; om als het droog werd de tenten enzo in te pakken (dat wil je het liefst niet als het nat is, vooral omdat we ze niet diezelfde avond direct weer op zouden zetten, maar pas een aantal dagen later). Het werd dus een ontspannen ochtend; waarbij we rustig aan ontbeten (altijd weer knap hoe Jay al het eten bijzonder goed voor elkaar had, en nooit wat weg hoefde te gooien. Eten dat niet opgegeten werd, kwam automatisch terug als soep de volgende dag, of als vlees voor op brood, of wat voor andere creatieve manier dan ook), daarna inderdaad droog de tenten in konden pakken; en onze tassen voorzien van wat extra waterbescherming in de trailer konden doen. Lunchpakketje mee, en we gingen op pad naar Lowell Point. Dat ligt iets zuidelijker dan Seward; en verder dan dat kun je niet komen. Daar hebben we een prachtige wandeling gemaakt met wat lichte klimmetjes en dalen, om uiteindelijk bij een riviertje uit te komen (de Tonsina Creek) waarvandaan het pad niet verder ging. Althans, het ging wel verder, maar het bruggetje dat over deze rivier heengelegd was, is gesneuveld. En dus kun je niet oversteken zonder natte voeten. Het hele bosgebied waar we doorheen liepen bestond ook uit regenwoud (niet tropisch; dat dan weer niet), wat zich uit doordat je enorme groene pracht om je heen hebt overal. En je zag de vissen in de rivier zwemmen; erg bijzonder. De Tonsina Creek is een speciaal soort rivier met veel gletsjersmeltwater, dus de bedding is behoorlijk breed. Overal ligt grind, en de rivier zelf meandert zich daar een weg doorheen. Op het moment dat het lente wordt; en er ontzettend veel smeltwater afgevoerd moet worden, zwelt zo’n rivier dan enorm aan tot z’n totale bedding, en droogt dan vervolgens weer heel ander op. Helemaal aan het einde was een grote wijdse vlakte die uitkeek op de Resurrection Bay; met een hele hoop verzilte bomen. Die bomen zijn 27 mei 1964 allemaal de grond in gezakt, als gevolg van de enorme aardbeving (9.2 op de schaal van Richter, dat is krankzinnig) die Alaska toen trof. Omdat de grond “soepel” was hier, trilden de bomen vanzelf de grond in. Omdat hun wortels toen opeens in zout water terechtkwamen, zijn ze helemaal verzilt, en ziet het er nu uit als een soort ghost forest. Heel bijzonder om te zien, en ook heel bijzonder om te zien wat een bizarre krachten er in de natuur komen kijken. Hier hebben we ook onze lunch opgegeten en zijn langzaam teruggelopen naar waar we de bus hadden geparkeerd. Van daaruit moesten we nog een klein stukje weer terugrijden naar Miller’s Landing, waar we om half vier verwacht werden.

Om half vier zou daar namelijk een watertaxi vertrekken, waarmee we met z’n allen naar onze volgende bestemming zouden vertrekken. Toen het bootje aankwam, was het snel met z’n allen in een soort lange ketting zorgen dat alle bagage aan boord kwam (en toen bleek ook waarom we de tassen (spat)waterdicht moesten maken; alle bagage bleef buiten op het dek liggen. Toen dat voor elkaar was snel met z’n allen aan boord, klep omhoog (er zat een soort klep voorop de boot, die op het (kiezel)strand neergelaten kon, zodat je makkelijk op- en af kon lopen zonder al te natte voeten te krijgen), en aan boord. Niet iedereen paste op het bootje, dus er zijn een paar mensen met een losse kleinere (open) boot gegaan. Aan boord was het een gezellige bedoening met radio, vriendelijke bemanning, en vlot gingen we op weg naar ons doel: de Kayakers Cove. Daar waren we gisteren met de cruise al ongeveer langsgevaren, maar het huisje dat daar staat is goed verborgen, dus als je niet weet dat het er ligt, zie je het uberhaupt niet.

Aangekomen aldaar vormden we dezelfde ketting om alle bagage weer uitgeladen te krijgen, en konden we verkennen wat voor plek we terecht waren gekomen. Een vrij grote hut, houten palen, met een ontzettend gezellige grote benedenverdieping waar iedereen aan een grote tafel kon zitten, er was een keuken, er stonden banken, er stonden ladingen boeken, spelletjes, een grote haard, noem maar op. Erg gezellig. En erboven was een grote slaapzaal waar we met z’n allen konden slapen (nouja, allen, 12 man ongeveer, 4 mensen en de gidsen sliepen in een klein bijgebouwtje). Ook liep de eigenaar of de caretaker (ik ben vergeten welke precies) er ook nog rond met z’n hond, die was bezig met een overkapping van een trapopgang soms. Of soms zat-ie gewoon over de baai uit te staren. Dat laatste zijn meer mensen gaan doen toen we ons een beetje gesetteld hadden. Het was prachtig weer geworden, in de baai kabbelde zo links en rechts een golfje, prachtige bomen, vogels, noem maar op. De ultieme rust en relaxedheid begon nu echt toe te slaan. Ik had ook mijn telefoon inmiddels opgegeven; en gewoon maar uitgezet. Bereik was er toch niet, en een horloge of wekker was gewoon niet nodig.

De omgeving verkennen was ook een interessante uitdaging; want overal was er wel iets apart gemaakt. Zo was er een gezichtje op een boom gemaakt, etcetera. Het toilet was ‘gewoon’ een outhouse, maar wel een heel bijzondere variant: als je er op de pot zat (met geisoleerde wc-bril), keek je gewoon uit over de prachtige baai. Echt ver weg lopen kon je verder ook niet; want er was dan weliswaar een paadje verder omhoog de berg op, maar het werd afgeraden om daar op onderzoek te gaan. Er zit allerlei wild in de buurt; en het werd niet geadviseerd om daar in je up een stukje te gaan wandelen. Ohja, elektriciteit was er simpelweg niet; want wie heeft er nou elektriciteit nodig! Koeling van je etenswaren doe je maar met een koelbox vol met ijs; verlichting is niet nodig, want het is pas laat donker (en anders heb je kaarsen en dergelijke). Je leert op deze plek vooral heel erg blij te worden met heel weinig. Het spreekt voor zich dat we veel plezier en goede gesprekken met elkaar hadden op de veranda, aan de eettafel, etcetera. Op de slaapzaal was het wel slim om even aan m’n oordopjes te denken; maar was het na zo’n mooie dag weer prima slapen.

Weer een kort kaart-overzichtje:


View Alaska avontuur – deel 5 in a larger map

Alaska avontuur – deel 4

De volgende dag is iets minder uitgebreid te beschrijven. ‘s Ochtends bleek dat het weer wat wisselvalliger zou zijn dan de prachtige dag van gisteren, toen we de Harding Icefield Trail hebben gewandeld. Dat maakt de dag van vandaag erg geschikt om een lange boottocht te gaan maken op de Resurrection Bay. We trokken dus (na weer een lunchpakket gemaakt te hebben) naar de haven van Seward; waar we vervolgens al vrij vlot aan boord konden gaan. Er was ook een park ranger aan boord (want het gebied waar we doorheen zouden varen was wederom onderdeel van Kenai Fjords National Park) die veel toelichting kon geven op alles dat we zagen. De hoeveelheid dingen die we uiteindelijk op deze boottocht gezien hebben is echt immens; het begon met een zeeotter (met een inktvis op z’n buik – ze gebruiken hun buik als een soort van opbergplaats voor voedsel dat ze niet direct opeten, en zwemmen dus vervolgens een hele tijd op hun rug), later kwamen er zelfs orca’s voorbijzwemmen (prachtig, een heel gezin, dat met de voor orca’s typische vin van die prachtige boogjes maakte. De kapitein (die toch wel vaker zo’n tochtje maakt) kwam er zelfs hoogspersoonlijk voor uit de stuurhut om zelf ook naar de orca’s te kijken, zo dichtbij als wij ze gezien hebben zie je ze zeer zelden. Uiteindelijk zijn we via een klein stukje “echte” oceaan bij de gletsjer in de Holgate Arm terechtgekomen, waar we kennis konden maken met een gletsjer (ook weer een uitloper van hetzelfde Harding Icefield) die in zee uitmondde. Dat betekent concreet dat er dus met enige regelmaat een brok vanaf valt. Dat brok ziet er dan best klein uit; maar als je het enorme geraas en gedonder hoort waarmee dat gepaard gaat, besef je pas hoe immens groot zo’n gletsjer is. En die prachtige blauwe kleur die je steeds ziet! Het liefst zou je willen dat de boot urenlang bleef liggen daar.

In de buurt van de gletsjer drijven dan ook allemaal kleine ijsbergjes; het water zal er niet warm geweest zijn! Gelukkig zijn ze klein genoeg om geen Titanic-achtige taferelen te veroorzaken, want dat zou niet fijn zijn. Op de terugweg werden we ook nog getracteerd op een beer die een rondje op een kiezelstrandje aan het wandelen was, en, erg erg bijzonder: een bultrug die even met ons wilde spelen. Hij klapte z’n staartvin wel 20 keer op het water, en dat gaat ook met een behoorlijke kracht, en heftig geluid! Ook is het luchtgaatje waar ze mee ademen erg bijzonder om te zien; hoe daadwerkelijk het klassieke walvis-effect gewoon klopt; en er dus een vochtkrijg omhoogspuit als zo’n walvis uitademt. En bultruggen zijn -groot-. Ook zagen we nog berggeiten tegen hellingen aangeplakt staan (anders kun je het bij die beesten niet noemen, die staan op richteltjes waar je van denkt ‘euh….dat kan helemaal niet!’ Uiteraard was ook de vogelpracht enorm, ik heb nog nooit zoveel vogels bij elkaar gezien! Gelukkig waren er allemaal verrekijkers beschikbaar aan boord, zodat iedereen alles goed kon zien.

Eenmaal weer aangekomen in Seward was het weer wel wat meer betrokken; en hadden we te maken met regen die af en aan doorging. Dat maakt het kamperen toch weer heel anders; al konden we wel heel gezellig wat grote tenten snel opzetten om met z’n allen toch droog te kunnen eten. Mensen kropen deze ronde al vroeg in hun tent, en ik moest ook duidelijk nog even wat aan mijn grondzeiltje bijstellen, want anders zou een en ander binnenin toch wel nat worden, en dat was nu precies niet de bedoeling. Het is wel heel therapeutisch, regendruppels die op je tentdoek tikken.

Voor de volledigheid globaal de auto- en bootroute van vandaag:


View Alaska avontuur – deel 4 in a larger map